Madrigalia
(1960)–Joannes Stalpaert van der Wiele– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 172]
| |
XLI. / Prima parte1.[regelnummer]
Quando la voce al dolce canto muove,Ga naar voetnoot*)
Con tal gratia e leggiadria,
Ogni spirto gentil volando via,
Sene va col suo suon' in grembo à Giove.
5.[regelnummer]
Felice spirto che si alte prove
Monstri, é quanto cortese il ciel ti sia.
*) Enkele stemmen voegen hier Homodei in de tekst, de naam van de man aan wie de bundel is opgedragen
Andreas Pevernage, Harmonia celeste 1593, fo. 2; a 4.
Eerste deel 1.[regelnummer]
Wanneer de stem tot zoet gezang zich roert,
Met zo'n bekoorlijkheid en lieflijkheid,
Dan gaat iedere edele geest, wegzwevend,
Zich bergen in Jupiters schoot;
5.[regelnummer]
Gelukkige geest, gij, die zo hoge proeven
Aflegt, en hoe hoffelijk moet de hemel voor u zijn!
| |
[pagina 173]
| |
Dure vluchtGa naar voetnoot*. Quando la voce. fol. 2. Har. Cel.1.[regelnummer]
Wanneer ghy siet de werelt soo verschuyven /Ga naar voetnoot1.
Christen ziel / bidt om pennen als van Duyven /Ga naar voetnoot2-4.Ga naar voetnoot2.
Daer mee ghy van beneen gaet vliegen heenenGa naar voetnoot3.
Naer omhoog / daer Godt u rust sal verlenen.Ga naar voetnoot4.
5.[regelnummer]
Gewenschte rust / die alle smart te bovenGa naar voetnoot5.
Eeuw'lijc doet smaken de vreugd van 's Hemels hoven.
|
|