Stichtelijk sang-prieel, belommerd met het Hooge lied Salomons, ende andere heilige gesangen(1686)–Wiete Ringers– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 229] [p. 229] Sang. Tweede vraage van Jesaia. Vois: O nacht jaloersche nacht--- Siet de 225ste blad-sijde. Ga naar margenoot(2) O! Goddelijke Held, die so manhaft koomt treeden! Wat is u doch gebeurd? Hoe is 't met u vergaan? Met bloed-verv-vlekken sijn uw' schitterende kleeden Besprenkeld: ik bemerk daar gloeijend purper aan. Ga naar margenoot+ Als die haar arbeid in het wijn-pers-tre'en besteeden, En 't roode druiv-gewas met voeten stukken slaan; Is uw gewaad bespat. O! Pronk van dapperheden! Hoe is dat so? Ei! segt; ei! doet mi dit verstaan. margenoot(2) Waarom sijt gi rood aan uw' gewaad? margenoot+ Ende uwe kleederen alt eenes die in de Wijnperse treedt? Vorige Volgende