Liedjes voor kinderen (1781)–Hendrik Riemsnijder– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 39] [p. 39] Het uitwendig aanzien. Wys: Lubin aime sa Bergere, Tusschen hoog gegroeide Boomen Stondt een laage kromme stam: Zy, door hoogmoed ingenomen, Wenschten dat de Beit'laar kwam Om den stompert te doen vallen... Ziet! de kunst'naar komt reeds aan... Ach!... daar! hy velt hun allen, } bis. En laat den krommen staan. } Laat ons nimmermeer op aarde Trots zyn op gestalte of pracht: Ydele uiterlyke waarde Heeft 'er veel' ten val gebragt. Door verwaand en trots braveeren Worden nyd en haat gewekt: Maar..... nyd noch afgunst deeren } bis. Hem, die het oog niet trekt. } Vorige Volgende