Dagelyckse huys-catechisatie(1700)–Franciscus Ridderus– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Avond-gesang op de tweede dag van de maend. Stemme: Psalm 2. Waerom raest dat volk, &c. 1. GOd riep eerst Abram tot een nieuw Verbond, En sond hem om in Canaan te wonen: In Canaan hy niet te eten vond, Het nieuw Verbond en kon hem niet verschonen: Hy reysde na Egypten om te leven, Daer raekte Sara in des Konings hand: Abram komt weder sig na Canan geven, [pagina 384] [p. 384] Doe was hy rijk met Loth in 't selve land. 2. Door vrees voor broeder-twist had Loth de keur, Hy koos de zijd' van Sodoms vrugtbaer velde; Maer Abram sag een open Hemels deur, Hoe God voor Sodom 't zware oordeel stelde; Als Loth gevangen ging met Sodoms bueren, Doe redde Abram hem uyt 's vyands hand, Maer Sodoms volk kond' nu langer dueren, Hoe Abram bad, maer raekte in den brand. 3. De eerste Abrams soon was Ismael, Uyt Hagar; maer sijn Sara was onvrugtbaer: Dit was de Vader niet van Israel: Maer Sara liet daer nog selfs een vrugt naer: De Jonge Isaac wierd straks besneden, Daer na so wierd hy als ter dood geleid: Maer is verlost. Hy heeft sijn God gebeden, So wied Rebecca hem ter vrouw bereid. Vorige Volgende