naar Brazilië, aan den noorschen oorlog van 1658 onder admiraal de Ruyter, aan den tocht van denzelfden naar Algiers, en aan den tweeden engelschen oorlog (1665-67); hij beleefde den vierdaagschen zeeslag, en den zeeslag bij Schooneveld, welke beide slagen hij boeiend en levendig beschrijft.
Nicolaas de Graaff, zoon van Dirck, is tweemaal getrouwd geweest. Zijn eerste vrouw, Lysbet Sierix, overleed 8 Dec. 1680 te Egmond a. Zee. Uit dit huwelijk zijn mij twee kinderen bekend: een dochter Lijsbeth, die 17 Aug. 1670 trouwde met Claes Jansz van Zanen, zoon van wijlen Jan Ysbrandtsz, in leven schout van Egmond; en een zoon Joannes, die zijn vader op diens 11e reis als ‘derde meester’ vergezelde (1663), en met hem in 1665 over land terugkeerde, doch te St. Malo werd achtergelaten bij ‘een vermaard chirurgijn Monsr. Duphreen (Dufresne?), so om de Konst als om de Franse spraak te leren.’ Als ‘onder-chirurgijn’ diende hij onder zijn vader op diens 14e reis (1668), doch overleed reeds den 20sten Febr. 1669 aan boord van de ‘Jonge Prins’ even ten zuiden van den aequator, en werd ‘volgens scheepsgewoont begraven’. Zijn tweede vrouw, Grietje Cornelis, vroedvrouw te Egmond, met wie hij 23 Febr. 1681 te Egmond huwde, overleed aldaar 2 Febr. 1724. De Graaff was in 1675 schepen te Egmond a.Z., den 14den Febr. 1681 wordt hij bij het opstellen van huwelijksche voorwaarden ten overstaan van den dorpsnotaris Adriaan van Twuyver voor zijn tweede huwelijk ‘Burgemeester van Egmond a.Z.’ genoemd, doch op 9 Nov. 1681, als hij ‘sieckelijck na den lichaeme te bedde leggende’ zijn testament maakt ten overstaan van dienzelfden notaris, wordt hij betiteld ‘Schout’. In het geheel maakte hij 16 reizen, en van de laatste reis keerde hij 13 Aug. 1687 terug, waarna hij blijkbaar weer schout geworden is.
Om te doen zien, hoe beweeglijk de Graaff's leven is geweest, volgt hier een korte opsomming zijner reizen: 1. naar Oost-Indië, 29 Apr. 1639-10 Aug. 1643; 2. naar Oost-Indië, 17 Jan. 1644-Juli 1646; 3. naar Groenland, medio Apr.-Aug. 1647; 4. naar de Middell. Zee, 10 Sept. 1648-24 Juli 1649; 5. naar Brazilië, Mrt. 1650-einde 1653; 6. naar de Middell. Zee, 24 Dec. 1656-8 Dec. 1657; 7. naar Portugal, 1 Juni 1658-20 Nov. 1658; 8. naar Denemarken 20 Mei 1659-3 Sept. 1660; 9. naar de Middell. Zee, 26 Mei 1661-13 Juni 1662; 10. op de Noord Zee, 26 Mei 1663-18 Juli 1663; 11. naar de Middell. Zee, 23 Nov. 1663-Juni 1665; 12. op de Noord Zee, Mei tot Nov. 1666; 13. op de Noord Zee 15 Aug.-25 Oct. 1667; 14. naar Oost-Indië, 14 Dec. 1668-3 Aug. 1672; 15. naar Oost-Indië, 13 Jan. 1676-10 Aug. 1679; 16. naar Oost-Indië 9 Mei 1683-13 Aug. 1687. Al deze reizen werden in zeer boeienden en levendigen stijl, gemengd met gezonden humor en doorweven met interessante medische details beschreven in: Reisen van Nicolaus de Graaff na de vier gedeeltens des werelds, als Asia, Africa, America, en Europa. Behelsende een Beschryving van sijn 48 jarige Reise en aanmerkelykste voorvallen, die hy heeft gesien en die hem zyn ontmoet. Van de levenswyse der Volkeren, Godsdienst, Regeringe, Landschappen en Steden. Alsook Een nette, dog korte Beschryving van China, desselfs over groote Landschappen, menigvuldige Steden, Gebouwen, gegraven Kanalen, Scheepvaard, oudheid der Chinesen: Mitsgaders derselver Oorlogen tegen de Tartaren: en op wat wyse de Tartar sig meester van China heeft gemaakt. Hier agter is by gevoegd d'Oost- Indise Spiegel Zynde