van den Heer La Court speelswijze gevolgd (Rotterd. 1731, 4o); Zinneprent in verscheyde versjes bestaande op de Nietigheid des menschelijken levens in plano; Zinrijke Fabelen (Rotterd. 1731, 1733, Amst. 1741, m. pl. 4o); Parnas aan de Waal of Geldersche Zangnimph zoet op Mengelpoëzy, uit verscheyde gediglen (Amst. 1726, 4o); Afsetsel van de Republiek of vrije staat van Venetie, in 3 Boeken (Amst. 1715, 4o); Stedekroon der Stemhebbende Steden in Holland; Puntdigten en Bijschriften (Gouda 1712); Sedeles over ijdele ondernemingen der wraaksuchtige Menschen (1712),
Spiegel der allerschoonste Courtisanen dezes tijds, verbeeldende desselfs verandering van kleederen, vercierselen en andere ornamenten. Gedruckt voor den Uitgever (Nijmegen 1701, m. pl. en portretten; fransche, hoogd. en holl. tekst, 12o), de 2de en 3de uitgaven (1710) der Courtisanen verschenen te Gouda (Spiegel der vermaardste Courtisanen in haren optoy en toestel naar yders tijd. De derde druk vermeerdert met de vijf Zinnen. Aan Lisidas en de gadelooze Klimene, etc.), de tekst verschilt zeer van de uitgaaf van 1701; ook zijn in de latere uitgaven de hoogd. verzen weggelaten; uit een bericht van den uitgever Kloppenburg vóór de Klinkd gten op verscheyden stoffen (Gouda 1712,) blijkt, dat v. Hoogstraten de vervaardiger van de hollandsche verzen is; Poëzy (Rott. 1726); Mengelpoëzy (Amst. 1715); Mengelpoëzy of verscheyde Ged chten (Amst. 1714-1718, Rott. 1720, 5 dln.) Eneas of onderangvan Troje. Treurspel (Gouda 1710, Amst. 1758); De geleerde advocaat of de bespotte druivendief, getrokken uit den vermakelijken Avonturier van N. Heins us (Amst. 1707); De voogd gek tegens dank, Blijspel naar het Fransch van Dancourt (Gouda 1710); Medor en Angelica of de schalk ng in de opera, kluchtsp. naar het Fransch van Dancourt (Gouda 1711, m. pl.); De verliefde Kok, kluchtig blijspel te Abdera (Amst.) voor Korn. Tessers (H. Bosch) [e. 1720]; Tijs onverstand of de bruiloft van Anne met 'er baard, kluchtsp. (Amst. 1724); Daphnis veldzang, tooneelsp. (Amst., voor de liefhebb. 1748, m. pl.); Amarel, blijsp.
Houbraken en Wandelaar schilderden zijn portret; dat van den laatste werd door A. van Buyssen in zwarte kunst uitgevoerd, het andere (dat van Houbraken) door dien schilder zelf. Een miniatuurportret door A. van Halen, verbeterd door J.M. Quinkhard komt voor in het Panpoeticon batavum in het Rijksmuseum te Amsterdam.
Zie: te Winkel, Ontwikkelingsgang der Nederl. letterk, 2e druk, V, 10, 70, 71, 100, 101 -103, 105, 148, 198, 212, en de verdere bij zijn broeder David genoemde literatuur.
Wiersum