Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 5

[Riemersma]

RIEMERSMA was in 1779 kapitein-ter-zee bij de Admiraliteit van Amsterdam en ingedeeld bij het eskader op de reede van Tessel. Toen de eskader-commandant, vice-admiraal Reynst, met verlof afwezig was, liep den 3en Oct. van genoemd jaar het amerikaansch-fransch eskader van John Paul Jones met twee britsche prijzen binnen. Riemersma was waarnemend marine-commandant, en moest dus het staatsche gezag vertegenwoordigen. Hoewel hij de saluutschoten van Jones niet beantwoordde, gedroeg hij zich toch tegenover de ongenoode gasten vrij welwillend, welke houding zeer afstak tegenover die van Reynst, die weldra naar den Helder terugkeerde. ‘The Dutch Vice-Admiraal, a decided tory ... Captain Riemersma a good republican and friend to the Americans’.

Riemersma werd gedurende den Vierden engelschen oorlog door de marine-autoriteiten niet met eenig commando van belang belast, doch toen in 1783 de pas-benoemde gezant der Republiek bij het amerikaansch congres, Mr. Pieter Johan van Berckel - de broeder van den bekenden pensionaris - naar Amerika vertrekken moest, kreeg de man, die vier jaren te voren Paul Jones had zien aankomen, het bevel over

het staatsch eskader, dat den nieuwen diplomaat naar Boston vervoeren zou. Dit smaldeel bestond uit de ‘Overijsel’, de ‘Erfprins’, de ‘De Briel’ en de ‘Windhond’. De schepen zeilden uit op den 25en Juni 1783, en volbrachten de reis naar Boston en terug zonder wederwaardigheden; alleen de ‘Erfprins’, kap. Aberson, leed op ellendige wijze schipbreuk.

Zie: F.W. van Wijk, De Republiek en Amerika 1776-1782; de Jonge, Geschiedenis van het Nederlandsche Zeewezen. dl. 6.

van Wijk