[Helt Stocade, Nicolaas van]
HELT STOCADE (Nicolaas van), geb. te Nijmegen 1615, overl. Amsterdam omstreeks 1666. Misschien een zoon van den Nicolaas de Helt, die 24 Febr. 1602 het burgerschap verwierf. Zijn bijnaam Stocade kan ontleend zijn aan een dusgenoemden langen degen, destijds in gebruik. Stocade wijdde zich aan de schilderkunst, doch waar hij zijn opleiding genoot is onbekend. Hij moet een zwervend leven geleid hebben, voortdurend van woonplaats verwisselend, vinden wij hem in verschillende landen van Europa aan het werk. In 1634 bezocht hij Italië, waarop een verblijf in Frankrijk volgde. Hij was daar in 1637 en werd in 1639 door Lodewijk XIII tot hofschilder benoemd. Zijn aanzien blijkt uit het aantal portretten van aanzienlijke personen die hij in Parijs schilderde. In 1645 vertoefde hij te Lyon, waar hij in het huwelijk trad met Johanna Houwaert, dochter van den koopman David Houwaert en Catharina van Gestel, wier jongere zuster Antoinette in datzelfde jaar den beroemden schilder Jan Asselyn (I kol. 188) trouwde. De twee volgende jaren schijnt hij te Antwerpen doorgebracht te hebben, waar hij vrijmeester werd van het St. Lucasgild en een zoon liet doopen. Vervolgens treffen wij hem aan te Amsterdam, waar hij in 1654 met van der Helst en anderen de Broederschap der schilderkunst oprichtte, en in 1659 het poorterschap verwierf. Hij woonde toen tegenover de Luthersche kerk, in het ‘Wapen van Nijmegen’. Stocade's talent was niet opgewassen tegen dat der groote meesters, die destijds in Amsterdam zetelden, zoodat hij zich meer op de decoratieve kunst toelegde; zoo werd hij een der voornaamste kunstenaars, die het amsterdamsche stadhuis met hun penseel versierden (1655-1656). Ook het Trippenhuis te Amsterdam
(1660-1662) en het stadhuis van Nijmegen (1665) benevens een paar burgemeestershuizen te Groningen