moedelijk is 1512 een drukfout voor 1542, en steunt Paquot's bericht op de plaats in die matrikels: ‘11 Nov. 1542 Joannes Noviomagus artium magister fuit honoratus’. Omstreeks 1539 was B. professor in de wijsbegeerte en philosophie te Keulen aan het Collegium montanum; in 1542 ging hij als prof. matheseos naar Rostock, tegelijk met Longolius en den Deventerschman Strubbe; zij werden alle drie 11 Nov. 1542 geimmatriculeerd. B. werd 13 Dec. d.a.v. in de philos. faculteit geadmitteert, was 9 Oct. 1543-9 Oct. 44 rector, en werd 16 Oct. 1544 decanus der philosophische faculteit. Hij was te Rostock ook schoolopziener, inspector scholae inferioris (Krabbe, die Univ. Rostock II (Rost. 1854) 443 v.v.; die Matrikel der Univ. Rostock herausg. von A. Hofmeister II (Rost. 1891) 104-106). In 1546 ging hij als rector der kapittelschool naar Deventer, waar hij vóór Paschen 1548 in de Mariakerk huwde met Clara Coster, dochter van den burgemeester Johan C. (Versl. 77, Vergad. Ver. Overijss. Regt en Gesch. (1896) 11). Rovenius, die 1563-65 rector te Deventer was, volgde hem op. Hervormingsgezind, vluchtte hij in 1569 voor Alva naar
Keulen; hij stierf het volgende jaar. Toen de geestelijkheid hem een begrafenis in gewijden grond weigerde, liet de burgemeester Const. Lyskirchen hem begraven.
Hij schreef te Rostock: de Necessaria et utili scholae constitutione et de recta iuventutis informatione. De volgende werken noemt Paquot I, 21:
De Astrolabi compositione (Colon. 1533); Apologia pro identitate Auctoris librorum de coelesti Hierarchia cum Dionysio Areopagita de quo Paulus in Actis Apostolorum caput XVII; accedit S. Dionysii Areopagitae Martyrium, latine versum (Col. 1536); Scholia in Dialecticam Georgii Trapezunti adjecto Gysberti Poretani libello de Principiis, Interprete Hermolao Barbaro, et suis ad eum scholiis (Col. 1536, Paris 1537, Lugd. Bat. 1537); Bedae Presbyteri Opuscula complura de Temporum ratione, diligenter castigata, atque illustrata Veteribus quibusdam Annotationibus, una cum scholiis in obscuriores aliquot locos. Authore J.N., nunc primum inventa et in lucem emissa (Colon. 1537); de Numeris libri duo, quorum prior Logisticen et Veterum numerandi consuetudinem; posterior Theoremata Numerorum complectitur (Paris. Chr. Wechelius; Coloniae exc. Johannes Ruremundanus, beide 1539, 2e ed. Col. 1544); de eerste uitgave, aan den Rostockschen prof. Andr. Eggerdes opgedragen, gedat. 29 Aug., bezorgde hem blijkbaar het professoraat aldaar; C. Ptolomaei Alex. Philos. Mathem. praestantissimi, libri VIII de Geographia e Graeco denuo traducti, Nominibus Graecis e regione appositis, atque in Indicem quam locuple-tissimum redactis, numquam ante visum commoditate simili (Colon. 1540); Etymologia Grammaticae Latinae, in usum Scholae Daventriensis Auctore J.N. denuo recognita (Davent. 1559); J.L. Vivis ad sapientiam Introductio, cum Praefatione J.N. (Davent. 1558) beide ook door Revius, Dav. ill. 324 genoemd als drukken van R.v. Paffraet.
Zie: F.J. von Bianco, die alte Univ. Köln I (Köln 1856) 444; Etwas von gelehrten Rostocksen Sachen 1738, 530, en vooral 1739, 471; Diarium Ev. Bronchorstii uitg. J.C. van Slee (Werken Hist. Gen. 3e ser. XII) 5, en de daar genoemde bronnen; de Wal, Nalezingen.
van Schevichaven