Pampiere wereld(1681)–Jan Harmensz. Krul– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Christelijke vrolijkheyd. Stemme: Gy lodderlijke Nimphe zoet. DE zoetste wellust die men vind, Dat is wanneer men God bemind; Om met een vast vertrouwen In God zijn hoop te bouwen. II. Hoe vrolijk is de ziel verblijd, Die vrolijk is als 't lichaem lijd; En aerdsche vreugd wil derven, Om's Hemels loon te erven. III. O! die van 't aerdsch zijn oogen keerd, En 't Hemelsch boven 't aerds begeerd; Ia zoekt voor 's weeelds zaken, In Christo zijn vermaken. IV. O! die hier in dit aerdsche dal God kan beminnen boven al, Zal vrolijkheyd bespeuren, Schoon dat hy leefd in treuren. V. Bespeuren in zijn 's herten grond, Een vrolijkheyd die tong en mond De rechte stof zal geven, In vrolijkheyd te leven. VI. O! die in Gode vrolijk leefd, En zijn gemoed tot God begeeft, Die God het zijn kan geven, Die leyd een vrolijk leven. Vorige Volgende