Briefwisseling J. Greshoff - A.A.M. Stols

498. A.A.M. Stols' Uitgevers-Maatschappij (J. Metz), 16 september 1937¹

Maastricht, 16 September 1937

Zeer geachte Heer Greshoff,

Heden ontvingen wij Uw briefkaart met het verzoek rec ex. te zenden aan Dr. Menno ter Braak,² Binnendijk,³ Van Vriesland,⁴ Vestdijk⁵ en Schepens.⁶

Wij zonden bij verschijnen van Atl. Balladen aan Hendrik de Vries 22 ing en 4 geb ex van dit werkje, waarvan 10 ing als recensie-ex.

1 Geschreven op briefpapier van A.A.M. Stols' Uitgevers-maatschappij. Directeuren: A.A.M. Stols & R.W. Haentjens Dekker, Groote Looiersstraat 28, Maastricht.

2 Menno ter Braak zou Hendrik de Vries' Atlantische balladen , te zamen met Een winter aan zee van A. Roland Holst, onder de titel Uit de voortijd bespreken in Het Vaderland van 17 oktober.

3 Een bespreking door D.A.M. Binnendijk van Hendrik de Vries' Atlantische balladen is niet in De Groene Amsterdammer gevonden. In Groot Nederland zou de bundel worden besproken door S. Vestdijk (zie n.5).

4 Een bespreking door Victor E. van Vriesland van Hendrik de Vries' Atlantische balladen is niet achterhaald. In de Nieuwe Rotterdamsche Courant zou de bundel door S. Vestdijk worden besproken (zie n.5).

5 S. Vestdijk zou Hendrik de Vries' Atlantische balladen onder de titel Een beschouwing over diep-zee-poëzie bespreken in de Nieuwe Rotterdamsche Courant van 19 maart 1938. Onder de titel Aan de bronnen der mythologie zou hij de bundel eveneens bespreken in Groot Nederland 36 (1938) 5 (mei), p. 416-422.

6 Jan Schepens zou Hendrik de Vries' Atlantische balladen niet in de Mercure de France bespreken.

[p. 332]

Is het niet mogelijk dat De Vries reeds aan bovengenoemde heeren een rec. ex. heeft gezonden?

Van Atl. Balladen zijn thans nog 3 ing en ± 25 geb ex beschikbaar. Wie van bovengenoemde heeren moet 1 gebonden exemplaar ontvangen?

Gaarne Uw bericht tegemoetziende, verblijven wij,

Hoogachtend,

A.A.M. Stols' Uitgeversmij.

J. Metz

P.S. Tevens deelen wij U mede dat wij aan De Gulden roos een bedrag van fl.9.35, welk bedrag wij in mindering zullen brengen van het nog door U te ontvangen honorarium.