Briefwisseling J. Greshoff - A.A.M. Stols

238. J. Greshoff aan A.A.M. Stols, 10 november 1932

[Schaerbeek] 10 Nov. 1932

B.S.

De briefk. ontv. Ik zal ze verstandig en spoedig verzenden.

Over Eef's boekje¹ later bericht als alles bijelkaar is. Ik zal niets over Boender schrijven, dat zweer ik je.² J.v.K is iemand, die je altijd dwars zal zitten en Jobs is niet 24^o.³

Minne is aangespoord om je p.o. te berichten.⁴ Je zult dus dezer dagen zijn brief wel krijgen. Er schijnt wel een kaper op de kust te zijn. Wìe weet ik niet, want de H.H. Fonteiners zijn wat vaag en de heer Minne is een weinig actief en zakelijk man.

Ik stond op het punt naar Amst te vertrekken, toen Coenen het afseinde.⁵ De redactievergadering, de eerste! - is nu volg. week.

Veel liefs v. Greet ook van Aty.

Geheel je

Jan

1 De mogelijke tweede druk van E. van Lidth de Jeude, Het boekje van de genever.

2 Toen Is. Querido en het begrip literatuur van J.L. Boender verscheen, had men aangenomen dat zich achter dit pseudoniem een bekende schrijver verschool. Boender had onder meer onder het pseudoniem Koos van Dam gepubliceerd in De Ware Jacob en De Tijdspiegel. Pas na zijn dood onthulde G.H. 's-Gravesande nadere gegevens over Boender. (Zie Groot Nederland 35 (1937) 10 (oktober), p. 479-484.)

3 J.W.F. Werumeus Buning.

4 Van Richard Jules Minne (1891-1965) is geen uitgave bij Stols verschenen. Minne was redacteur van 't Fonteintje geweest. Hij was sinds 1930 redacteur van het dagblad Vooruit. In oktober was het eerste deel van zijn Heineke Vos en zijn biograaf Verschenen in Forum 1 (1932) 10, p. 609-626. Het tweede deel was verschenen in het novembernummer van Forum (p. 724-740) en het derde deel zou verschijnen in het decembernummer (p. 775-797). Heineke Vos en zijn biograaf zou in 1933 bij Nijgh & Van Ditmar te Rotterdam verschijnen.

5 Op 9 november had Frans Coenen aan Greshoff geschreven: ‘Dezen Donderdag middag kan ik werkelijk niet. Eigenlijk deze heele week slecht. Maandag of Dinsdag a.s. wel [...] En moet er bepaald met v.W.[arendorf] gedineerd worden? Doe jij dat liever in tête à tête. Ik heb niets met hem te bepraten.’
Groot Nederland was in 1903 door Cyriel Buysse, Louis Couperus en W.G. van Nouhuys opgericht. Het tijdschrift, dat tot 1936 de ondertitel Maandblad voor den Nederlandschen Stam zou dragen, werd uitgegeven bij Van Holkema & Warendorf te Amsterdam. Op dit moment bestond de redactie uit Frans Coenen en Elisabeth Couperus-Baud; Eva Raedt-de Canter was 2^e redactie-secretaresse, maar stond niet bij de redactie vermeld. Vanaf december zou Greshoff verantwoordelijk zijn voor de in Groot Nederland opgenomen poëzie. Vanaf januari 1933 zou de redactie van Groot Nederland worden gevormd door Coenen, Elisabeth Couperus en Greshoff.