Oorlog. Verzen in staccato(1915)–Agnita Feis– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende 16. De droom in de loopgraaf. Het licht. De zon. Veel goud. Goud... blauw... Een boom. Hij groeit, wordt sterk van bouw. Hij bloeit, wordt wit: Als sneeuw zoo wit: Fén geur! Eén kleur! Hoe goed is dit! De boom wordt vrucht: àl vrucht. Hij voedt wat leeft. Mensch, dier wordt één van bloed, één van geluk, één, één van hart. Blauw..., goud.. Alarm! Blauw... wit... .......... Zwart. Zwart! Alarm! Alarm! Ontwaakt! Treedt aan! ........ Blauw... blauw.. ........... ........... Gauw, gauw! Men schiet! Men valt ons aan! Nacht. Kou. Een vlam. Een knal. Geraas. Gesis. Gefluit. Gekerm, Geblaas. De droom! De droom! Is dit de droom? En was het waar- heid van dien boom? Och, 't goud verkleurt. De vrucht bederft. [pagina 12] [p. 12] ........... ........... Hij bloedt! Rood! Zwart! Hij kreunt... Hij sterft! Vorige Volgende