Brieven. Deel 7. 2 juli 1937-30 november 1938
(1981)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd3298. Aan J. Greshoff: Tjitjoeroeg, 11 en 12 oktober 1937Beste Jan, Nog even voor onze afreis deze kiekjes.Ga naar voetnoot1. Het is wel gek, dat we er pas toe komen ze te zenden nu we zelf uit dit huis trekken. Toch is het voor jullie misschien wel aardig; we hebben hier in ieder geval 10 maanden gezeten van ons eerste jaar in Indië. 10 November a.s. | |
[pagina 140]
| |
wordt het een jaar dat we hier zijn. Voor verdere verdeeling en rondzending (Jany, Menno, Henny etc.) zorg jij dan wel. Met deze rotpen - die jouw ‘Parker’ is - vecht ik ook tegen mijn verhaal over de Van Harens. Maar in Garoet zal ik probeeren een ander schrijfding te koopen, al was 't een pennetje van glas! Je wordt oud voor je tijd als je met zoo'n kreng mancevreert. En dat is tòch al waar ik zoo aan laboreer. Groeten aan iedereen. Tegen dat deze je bereikt, heb ik je natuurlijk uit Garoet al geschreven. Hartelijk je E. Tjitjoeroeg, 11 Oct. '37
Terwijl ik op de vrachtauto wacht, die natuurlijk weer uren te laat is, schrijf ik er dit nog bij. Ik moet nl. overleg met je plegen hoe we 't inrichten als die verhalen van mij nog in G.N. moeten komen. Als je voor '38 nog geen vervolgroman hebt aangenomen, lijkt 't mij het beste dat je ze geeft als een doorloopende ‘kroniek’, zooals ze trouwens ook in boekvorm zullen verschijnen, dus niet als verhaal 1, 2, 3 enz. maar als hoofdstuk 1, 2, 3 enz. (met aparte titels). Ieder verhaal (hoofdstuk) zal nl. 35 à 45 blzn. worden, vrees ik, dus net niet goed voor één nr. G.N. Als ik gedaan krijg wat ik wil, kom ik uit Garoet met 5 verhalen (‘matière d'un volume’!); de rest is dan een kwestie van opwerken - wat ik heel best kan doen in Batavia, 's avonds na 't kantoorwerk. Mijn programma is zoo: Verh. I: Schandaal in Holland met de Van Harens. Verh. II: Dirk v. Hogendorp, kleinzoon v. O.Z. v. Haren en zoon van Willem v. Hogendorp, die in verh. I een groote rol speelt en in dit verh. ook voorkomt, in Indië. Verh. III: Dirk v. Hogendorp als generaal onder Napoleon en als oude man in Brazilië. Ontmoet een jonge man (officier) die laat ons zeggen Robert heet (naam weet ik nog niet), die een napoleontische episode met hem meegemaakt heeft - in de débâcle na de tocht nr. Rusland - en die hem in Brazilië komt opzoeken, als hij door iedereen vergeten is. Hierin een gesprek over wat Napoleon voor D.v.H. en voor Robert (jongere generatie) geweest is, beteekend heeft. Verh. IV. Robert gaat dood als oude man in Duitschland. Dit verhaal heb ik je, geloof ik, verteld. Een voor gek doorgaande student à la Kleist verzorgt hem. Hij droomt naast het sterfbed een napoleon- | |
[pagina 141]
| |
tisch epos waarin Robert en 2 andere cavalerie-officieren de helden v/h verhaal zijn. Maar deze droom is waar. Verh. V. Romantische historie tusschen den student van verh. IV een juffrouw, enz. Dit wordt de duitsche romantiek à la Werther, maar van ± 1860. Dit verhaal heb ik je zeker verteld. (De 2 laatste verhalen houden me al jaren bezig.) Aangenomen dat het gemiddeld 40 blzn. per verhaal wordt, dan hebben we alles bijeen dus 200 blzn. Als je ± 20 blzn. per keer plaatst, vult het dus 10 nrs. Wil je een complete jaargang vullen, dan maak ik een 6e verhaal. Maar op 't oogenblik lijkt het mij 't beste om deze 5 verhalen zelfs als boek zóó uit te geven. Later kan dan nog een 2e en zelfs 3e boek komen. Algemeene titel: De Onzekeren. Maar onder dezen titel zou ik de zaak dus in G.N. willen ‘lanceeren’. Summa summarum, ik bied je geen losse verhalen aan, maar een ‘roman’ van 200 blzn. G.N. getiteld De Onzekeren. Wat denk je daarvan? Denk er eens goed over na, gegeven je redacteursproblemen. Ik weet niet waar ik publiceeren moet als G.N. mij niet opneemt; ik kan niet naar De Stem loopen en De Gids trekt me ook al niet aan. Maar schrijf mij precies alles wat je ervan denkt en je wenschen.Ga naar voetnoot2. |
|