Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdautofictionEtym: Gr. auto = zelf; Lat. fictio = vorming, bij overdracht verdichting. Een nieuwe richting binnen het autobiografische schrijven (zie bekentenisliteratuur) waarin bewust gestreefd wordt naar het opheffen van de scheidingslijn tussen fictie en niet-fictie: waar gebeurde feiten uit het leven van de autobiografische verteller worden vermengd met (of verdraaid tot) fictieve gegevens en omgekeerd. Het boek Fils (1977) van Serge Doubrovsky wordt beschouwd als het eerste officiële voorbeeld van het subgenre dat vooral in Frankrijk zeer sterk opgang heeft gemaakt. Zie ook autre-biography en biofictie. Lit: M. Darrieusecq, ‘L’autofiction, un genre pas sérieux’ in Poétique 107 (1996), p. 369-380 Ph. Gasparini, Autofiction: une aventure du langage (2008) Ph. Vilain, L'autofiction en théorie: suivi de deux entretiens avec Philippe Sollers &Philippe Lejeune (2009) C. Delaume, La règle du je: autofiction, un essai (2010) L. Missinne, Oprecht gelogen. Autobiografische romans en autofictie in de Nederlandse literatuur na 1985 (2013) Writing the self, themanummer van Frame (2015).
|