1. Database
Een database of gestructureerde gegevensbank zou men kunnen vergelijken met
een fichessysteem: elk scherm is één fiche, een formulier
als het ware, waarop in vooraf gedefinieerde vakjes (de velden) het verzamelde materiaal werd ingevuld: een vakje voor het
trefwoord en mogelijke varianten, de woordsoort, het genus,
transitief/intransitief, grammaticale vormen (meervoud, diminutief,
buigingsvormen, trappen van vergelijking, hoofdtijden, onregelmatige
vervoegingen enz.), voorts de etymologische informatie, verwijzing naar de
informant, gebruikslabels (vero., vakt., vulg.), en
uiteindelijk de verschillende betekenisvelden met de nodige voorbeelden. Al
die velden hangen als een clustertje aan elkaar (het record genoemd) en zijn
relationeel
met elkaar verbonden. Deze structuur biedt enorme
perspectieven met het oog op systematische bestudering of hersortering op
basis van criteria als woordsoort, genus, uitgang, lettergreep of
klinker-positie, buigingsvormen, afleidingen, gebruikssfeer... Het reeds
opgeslagen materiaal is daarenboven constant toegankelijk voor raadpleging
of aanvulling - een heerlijke gedachte voor wie nog zit opgescheept met
stapels te rangschikken en dus moeilijk te raadplegen fiches en notities.
Eigenlijk hoeft men zich voorlopig