basisgegevens
gestandaardiseerde naam kamer:
De Witte Roos
spelwijze in bron(nen):
''t Wit Roosken'; ''t Witte Rosierkens' (1618)
varianten:
''t Wit Roosken'; ''t Witte Rosierkens' (1618)
zinspreuk:
gebruikte code:
ROOS
patroonheilige:
vroegste bronvermelding:
1618
gedoopt:
geografisch-politieke situering van de kamer
plaats:
Roosendaal
(stad/dorp/vrijheid):
Dorp
district:
Land van Breda
gewest:
Brabant
korte geschiedenis
In 'Een nieu devoot geestelijck liedt-boeck' van Nicolaes Jansen dat in 1618 te Antwerpen bij Gheleyn Jansz werd gedrukt, zijn twee verwijzingen te vinden naar een Roosendaalse kamer. Jansen droeg zijn werk op aan de 'eersaeme overheyt van Roosendael en de goede ghemeijnte in 't generael'. Zijn proloog eindigt met een verwijzing naar een kamer te Roosendaal: 'mij Nicolaes Jansen een minnaer loyale van 't Witte Rosierkens te Roosendaele'. In een ander vers is te lezen: 'van 't Wit Roosken, dat soo heeft ghefloreert'. In de proloog stelt de auteur zich voor als koster van de kerk van Roosendaal. Een eerste druk van het werkje verscheen waarschijnlijk in 1594, gezien een autorisatie-tekst van dat jaar voor de tekst van Jansen.
Een kamer of particulier uit Roosendaal nam deel aan de wedstrijd georganiseerd door De Corenbloem in Brussel in 1562.
documenten
reglementen:
ledenlijsten:
rekeningen:
inventarissen:
processtukken:
rekwesten:
rentetitels:
correspondentie:
literaire productie:
- Liedt-boeck 1618.
historische nota's:
andere nota's:
verantwoording
broncitaten:
literatuur:
Ouwerling 1954.
naar bibliografie