Groot lied-boeck
(1975-1983)–G.A. Bredero– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 104]
| |
XXI Liedt
Stem: Cupido geeft mijn raet, &c.
Heb ick u niet gheseyt
Dat ghy noch eens sout missen
U rustighe schoonheyt,Ga naar voetnoot3
Of u wackere frisschen,
5[regelnummer]
Blijde ghestaltenissen,Ga naar voetnoot5
Door sieckt of qualijck vaert?Ga naar voetnoot6
Segt my, segt nu, waer isseGa naar voetnoot7
Daer ghy soo trots me waert?Ga naar voetnoot8
Recht als een vaste RootsGa naar voetnoot9
10[regelnummer]
Sich niet en kreunt aen winden;Ga naar voetnoot10
Soo was u hart te grootsGa naar voetnoot11
Voor al die u beminden:
Maer nu men siet verswinden
U schoonheyt (voor verhaelt)Ga naar voetnoot14
15[regelnummer]
Nu can men licht bevindenGa naar voetnoot15
Dat uwe grootsheyt daelt.Ga naar voetnoot16
Wat werd hier op ter aert
Meer als schoonheyt gepresen?Ga naar voetnoot18
Als deughd daer by vergaert,Ga naar voetnoot19
20[regelnummer]
Met reden en met wesen:Ga naar voetnoot20
| |
[pagina 105]
| |
Ey, dat 's een uytghelesen
Schoonheyt die niet verdwijnt,
D'ander bereyt veel vresen,
En s' is niet dat sy schijnt.Ga naar voetnoot24
25[regelnummer]
De schoonheyt van t' aensicht
Can haest een man verdoren,Ga naar voetnoot26
En doet een vrou seer licht
Tot snoode lust becoren.Ga naar voetnoot28
Maer recht schoon wert geborenGa naar voetnoot29
30[regelnummer]
Uyt een Hemels ghemoet,Ga naar voetnoot30
Ghy hebt het valsch verloren,Ga naar voetnoot31
En vint het dierbaer goet.
Te voren en mocht u
Schier niemant sien of raken:Ga naar voetnoot34
35[regelnummer]
En tegenwoordich nu
Staet ghy yeder te spraken:Ga naar voetnoot36
Ay wat seltsamer saken,Ga naar voetnoot37
En wonderlijcker daat,
't Verlies dat doet u makenGa naar voetnoot39
40[regelnummer]
Een seer veel schoonder staat.
De schoonheyt die ghy wint
Can ick ghenoech niet eeren,Ga naar voetnoot42
Die wert van my bemint
Met hertelijck begeeren:
45[regelnummer]
't Welck niet en kan verkeeren
Door tijt, nochte door druck:
| |
[pagina 106]
| |
Siet hier aen meuchdy leeren
U groot, en goet gheluck:
Soo wie een schoone sietGa naar voetnoot49
50[regelnummer]
En daer op stelt sijn sinnen,
Wanneer hij 't schoon gheniet,
Het geen hy wenscht te winnen,
't Bedroeft hem haest van binnen
Soo sijn schoon yets vervalt:Ga naar voetnoot54
55[regelnummer]
En soo licht is syn minne,Ga naar voetnoot55
Als haer wanckel gestalt.Ga naar voetnoot56
Siet hoe die schijn verlebtGa naar voetnoot57
Door een weynich beswaren;Ga naar voetnoot58
De schoonheyt die ghy hebt
60[regelnummer]
Verbetert door de Jaren,
Over sulcx sal oock varenGa naar voetnoot61
Mijn liefd' met u int graff,
Indien ghy kunt bewaren
't Geen u u sieckte gaff.Ga naar voetnoot64
65[regelnummer]
Neemt dese spiegel voor,
En spiegelt u ghedachten,
Ick weet ghy sult hier door
U wel voor hoochmoet wachten:
Alsulcke groote crachtenGa naar voetnoot69
70[regelnummer]
Uyt sellifs-kennis rijst:
Wilt niemant seer verachtenGa naar voetnoot71
En middelmatich prijst.Ga naar voetnoot72
|
|