Biographisch woordenboek der Noord- en Zuidnederlandsche letterkunde

[Johannes ter Gouw]

Gouw (Johannes ter), geb. te Amst. 16 Dec. 1814, werd voor het onderwijs opgeleid, en 1 Nov. 1843 benoemd tot hoofdonderw. aan eene Amst. stads-tusschenschool; in den zomer van 1866 werd hij eervol ontslagen, zette zijne geschiedk. nasporingen voort, die door de stedel. regeering der hoofdstad met een jaarlijksche toelage vereerd werden, en woont thans te Hilversum.

Schr.: Novellen en gedichten in den Almanak voor 't schoone en goede, 1841-'45; Holland, 1857-'61, en Aurora, 1862. Opstellen over wapen-, oudheidk. en ge-

[p. 292]

schiedenis in Nijhoff's Bijdragen, Dietsche Warande, Nederl. Mag., Leeskabinet, enz.; in de beschr. der Tentoonst. voor onderwijs, de afd. Oudheden, Amst. 1860, en nog in dit vak, afzonderlijk, Beknopt hist. overzicht der nat. schoolwetgeving, Amst. 1862. Tot zijne geschr. over de alg. gesch. des Vaderlands behooren: De feestplaat, door het Ned. Ond. Gen. uitgegeven, toegelicht, Amst. 1863; De oorsprong der Ned. vlag, Amst. 1863; De eerste April, Amst. 1864; Studiën over zegel- en wapenkunde, Amst. 1865; De Gilden. Eene bijdr. tot de gesch. van ons volksleven, Amst. 1866. Met mr. J. van Lennep bewerkte hij De Uithangteekens, 2 dln., Amst. 1867, gevolgd door: Het boek der opschriften, Amst. 1868, en alleen gaf hij het oorspronkelijke werk De volksvermaken, Haarl. 1870. Hij redigeerde den 3n-6n jrg. van De Oude Tijd, Haarl. 1872-'74 en gaf nog: Aura, een geïll. boek voor jongelui, Haarl. 1873.

Over Amsterdam: Amsterdam. Oorsprong en afl. van de namen der grachten, enz. 1858, psd. Aurelius; Eene wandeling door Amst. in het midden der 17e eeuw, Amst. 1859; Gijsbrecht van Aemstel en de opkomst van Amst., Amst. 1861; Amsterd. kleinigheden, Amst. 1864; In de Kalverstraat, Amst. 1866; Nacht en morgenrood, Amst. 1877; Amstelodamiana - verzamelde en vermeerderde uitgave der opgegeven geschriften - 3e dr. 1873, waarop: Nalezing, Amst. 1886. Zijn hoofdwerk is: Geschiedenis van Amsterdam, Amst. 1879 en v.v.