Graftdijk, Thomas
Nederlands dichter, prozaschrijver en vertaler (Amsterdam 14.6.1949 - Preggio, Italië
10.2.1992). Graftdijk studeerde economie te Amsterdam. Hij begon gedichten te publiceren
in het tijdschrift Tirade en debuteerde met de bundel Lachend op de achterste rij (1970), in
ironiserende parlandostijl geschreven verzen. Hij was medeoprichter van het tijdschrift
Soma en in 1974 van De Revisor, waarvan hij redacteur was. In 1977 verscheen de bundel
Treurarbeid, sombere en pathetische gedichten waarin het thema van het uitblijven van de
menselijke vooruitgang een rol speelt. In 1980 verscheen zijn eerste bundel verhalen,
Positieve helden, in een gecompliceerde en langademige stijl geschreven en door sommige
critici beoordeeld als ‘onecht’ of ‘geposeerd’. In die verhalen spelen
exhibitionisme en sadisme een rol. Graftdijk trad op als vertaler van het werk van Canetti,
Hesse en Rilke. Postuum verschenen van hem nog vertalingen van het werk van Nietzsche,
Freud, Thomas Mann en Kafka.
Literatuur: Oosthoek; WP-lexicon; A. Truyens, ‘Chaos en harmonie’, in: De
Gids, 145 (1982) 4, p. 256-263; Cyrille Offermans, ‘Ontwricht, maar vrolijk’, in: De
kracht van het ongrijpbare (1983), p. 341-344; G. Meijsing, ‘Bij de laatste gedichten van
Thomas Graftdijk’, in: Maatstaf 40 (1992) 5, p. 1-13.
G.J. van Bork
[aangevuld, februari 2005]