Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1832
(1832)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 11]
| |
Tegen den aanvang van elk Nieuwjaar worden onderscheidene werkjes uitgegeven en aangekondigd, die geschikt zijn voor geschenkjes. Misschien hecht men te veel op de nieuwheid der uitgave, en ziet men wel eens over het hoofd hetgeen van wat vroegere dagteekening is. Het boekje, dat wij niet zoo zeer aankondigen als in gedachte terugroepen, verdient die onderscheiding, zoo wel om zichzelve, als om den toestand, waarin wij met het vaderland ons bevinden. Opmerking van Gods wijsheid en liefde in het bestuur van menschelijke lotgevallen is immers voor de meergevorderde jeugd thans vooral nuttig? De dood van Abel. Het sterfbed van den Aartsvader Jakob. De geboorte en het behoud van Mozes. Daniel aan het hof der Koningen van Assyrië, en der Perzen en Meden. De geboorte van Jezus. De vroegste leeftijd van Jezus. Het leven van Jezus, als kind, als jongeling, en aan allen weldoenden leeraar. Jezus laatste lijden, dood en opstanding. Uit deze opschriften blijkt reeds de gewigtige inhoud van dit allernuttigst boekje. Het is waar, er zijn aanmerkingen te maken, en hier en daar ook gemaakt. Doch wij onthouden ons van dezelve, omdat er geene gemaakt kan worden, die voor de meergevorderde jeugd, voor welke het boekje bestemd is, hoognoodig is. Het hoofddoel blinkt overal door; en indien dit boekje, door vier lieve plaatjes aanbevolen, de jeugd opleidt tot het opmerken van Gods wijsheid en goedheid, bij het besturen van de lotgevallen der menschen, wie zal dan eene kleinigheid opmerken of aanwijzen? Hetgeen in 1828 goed was, (dit zeggen wij met toepassing op dit stukje van de waardige Schrijfster) is voor 1832 nog beter, sedert zoo veel is gebeurd, dat ons geloof aan Gods wijsheid en liefde schokken kan. Petronellamoens schrijft geene werkjes, die maar eene enkele keer kunnen dienen. |
|