Uitheemsche Harpentoonen, door Mr. J. Westenberg. Te Kampen, bij K. van Hulst. 1830. In kl. 8vo. VIII en 170 bl. f 1-80.
De Heer Mr. westenberg bezit smaak en gevoel voor poëzij, doch kent zichzelven het vermogen niet toe, om oorspronkelijke stukken te vervaardigen, die voor het algemeen belangwekkend genoeg zijn. Liever legt hij zich dan toe op eene getrouwe navolging van voortreffelijke gedichten van uitlanders, en als eene proeve van zijne pogingen te dien opzigte ontvangen wij dit fraaije en belangrijke bundeltje, waarvan de titel met een bevallig vignet versierd is, voorstellende bertha, daar zij de rotsen opvliegt, met den rooden band, haar door max geschonken, terwijl de valk van Keizer max haar vooruitzweeft, en max zelf op de eene, zijn vriend, Hertog herman, die op deszelfs verzoek hem dood zou schieten, op de andere rots staat; een tooneel uit het [Romantisch] Treurspel in één bedrijf: Keizer max op den Martinswand, door von schlechta.
De Heer westenberg is zeer gelukkig geweest in de keus der stukken, die hij der vertolking waardig achtte, en heeft in vele opzigten zich goed van zijne taak gekweten. Wij vinden hier navolgingen van lamartine, casimir de la vigne, dante, shakespeare, von schlechta, streckfuss, Mevrouw krüdener, victor hugo, jean paul, ursinus (namelijk den Dichter, alzoo geheeten), körner, schiller, matthisson, rühs, Lord byron, kind, costenoble, mohr, müchler, gramberg, schinck, wyss, franz en selam, benevens van eenige ongenoemden. De volgorde is die van den tijd der vertaling. De Koorknaap, de dramatische stukken, vooral Keizer max en de Romancen, benevens het Geweten; aan vaders, die kinderen buiten het huwelijk hebben, en de stukjes onder den algemeenen titel van Bloemenspraak, bevielen ons inzonderheid. Op eenige zwakheden moeten wij echter den Vertaler opmerkzaam maken, vooral omdat in navolgingen de manier, waarop men dat doet, dus keus van stukken, getrouwheid, stijl en versificatie, bij gebrek aan eigene vinding, al de verdienste maken. Nu zijn stijl en versificatie hier niet onberispelijk. Niet alleen is, bl. 3, verband voor verbannen af te keuren; maar de woord-