De twee vrolyke confraaters. Zingende de nieuwste liederen(1795)–Anoniem Twee vrolyke confraaters. Zingende de nieuwste liederen, De– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 34] [p. 34] Een Nieuw Lied. Op de Karsouse meisjes. 1. Karsou, Ik heb Jou, Zoo meenigmaal bekeeken: Maar al u looze streeken, Die lyke my niet, Al u looze streeken, Die staan my niet aan, Daarom wil ik treeden, Waar ik koom van daan. 2. 'k Kwam laast, Met haast, Al door het Heere-straatje; Ik zy lieve Maatje, Kom zet u hier wat neer, Drinkt eens een glaasje, Rookt een pyp tabak, Met al die looze streeken; Raakt het geld uit u zak. [pagina 35] [p. 35] 3. Een zoen, Kan doen, De heele nagt te blyven, Dan hoord men niet als kyven: Van onze Officier, Zoo raken wy aan 't dwaalen, Zoo dronken als een Zwyn, Ons Schip legt voor de palen, Wy moeten aan boord zyn. 4. Laat wy; Eens bly; Te zaam de glaasjes klinken, En eens lustig drinken, Wy gaan na Holland toe, Adieu Karsouze Meisjes, En Vaderlandse Bruid, Wy dringen nu voor 't laatste, Onze glaasjes uit. 5. Toe fors, Maak los, Jou voor en agter touwen; Wild nu maar afhouwen, Men vaard na Holland toe, Daar is geen beter leven, Als by u Echten Vrouw, Verwenscht zyn alle Hoeren, Van 't Land Karsou, Vorige Volgende