De ton vol vrolykheid(1803)–Anoniem Ton vol vrolykheid, De– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 76] [p. 76] Nederlands Treur-gezang, over het droevig verongelukken van zyn Hoogheid Jan Willem Friso, met den Oversten Hilkes, beide verongelukt in het overvaaren van 't Strynsche Sas. Wat droef geluid komt ons te vooren/ Wat naar geschrei en ramp op ramp Dat ons komt klinken in de ooren/ Vervuld ons land met naare damp/ Wilt voort uw Tuin met rouw bekleden/ Hollandsche maagd/ Want gy hebt nu wel dubbeld reden As dat gy vraagt De Prins van Vriesland/ held der helden/ Dat edele, Nassause bloed/ Die voor ons land zijn leven stelden/ Is nu verdronken in den bloed/ Och staag den vyand deede schroomen Door vuur en staal/ Is in verdronken in de stroomen/ O droef verhaal. De Prins in zijn karos gezeten Met d'overste Hilkes alzo ras/ Kwam uit het leger wilt het weten Gereden tot 't Strynsche Sas/ Alwaar zy moesten overvaaren Met vond of schouw/ Om nader dan zijn reis te klaaren Gezwind en gouw. Maat als karos en paarden waren Nu in de schouw en van de wal/ Om over de rivier te vaaren/ Zo komt een dwarrelwind vooral/ [pagina 77] [p. 77] Waar door dat de karos omstortte In 't water neer/ Dat zo zijn leven deed verkorten/ Wat groot hartzeer Schoon dat men alle vlyt aanwende Om hem te redden uit 't gevaar/ Men wist niet waar de Prins belende/ Verzonken in den vloed aldaar. O dood/ had gy dit lot verschooren Aan dezen held/ Om zo in 't water te versmooren/ En niet in 't veld Acht dagen na dien tijd verheben Heeft men zijn Hoogheid opgevist/ Door dien het lighaam kwam gedreven Niet ver van daar het wierd vermist/ Een schipper die daar kwam gevaaren Dan Berg op zoom Die bragt het lijn zonder bezwaaren Tot Dordrecht vroom. Alwaar het doode lijk vol waarde Gebalsemd werd/ en toen gebragt In Vriesland na de stad Leeuwaarden/ Om te begraaven met veel pragt/ In een grafsteê op zijn voorzaaten En vroom geslagt/ De dood regeert in alle staaten En hooge magt. Een held/ wiens daaden dat zo blonken Tot lof van 't edele huis Nassou/ Is helaas in de vloed verdronken/ Hollanders/ Vriesen/ draagt nu rouw/ Draagt rouw vereende zeven staaten Om deeze Dorst/ Daar gy u vast op kunt verlaaten Legt nu vermorst. [pagina 78] [p. 78] Op was een die staag deed beven De vyanden van 't huis Nassouw/ Dat vaars zal getuigen geven/ Als bleek op Bergen Henegouw/ Daar op deed wyken de vyanden/ Dien jonge blom/ Die lyf en leven gaf te pande Door 't Staatendom. Helaas hoe zal nu Vriesland treuren Over de dood van haaren Prins. Dan rouw zo schynt 't hert te scheuren/ Bedelt uw aanschyn met een grins. Draag rouw/ leg af uw pronksieraaden/ Om dezen held/ Die 's jaarlyks met lauwerbladen Kwam uit het veld. Op is nu door de dood verwonnen/ Die Scipio en Mavors zoon/ Die nooit en vreesde twee baronnen/ Een doorn voor de Fransche kroon/ Een Jephta voor de Nederlanden/ Een Gidion/ Een strydbaar held/ die zyn vyanden Staag overwon. Bertzoost dog zyne Gemaalinne/ Die schoon en edele Princes/ Die haar Gemaal zo ging beminne/ Dit is voor haar een droeve les. O Heer/ verzet haar druk en lyden In dit geval/ Wy moeten hier dog eenmaal schyden Van 't aardsche val. Vorige Volgende