Het Spreeuwtje, fluitende en zingende allerhande liedjes op bekende oude en nieuwe wijzen

[p. 73]

De fruitverkoopster.

Wijze: Wat is ons al vreugd gegeven.

Koopt, Juffrouwen, koopt mijn Heeren!
Lekkere app'len, zoete peren!

Koopt! zij smelten in den mond; } tweem.

Eet je buikje vol en rond! } tweem.

Wil je groentjes of signoren,
Pruimen, die het hart bekoren,

Druiven, als een zonneschijn, } tweem.

Louter sap, en louter wijn! } tweem.

Perziken en abrikozen,
Ziet eens hoe zij lokkend blozen,

Geurig al de zoetste kus } tweem.

Van Anna, die lieve zus. } tweem.

Ja, zoo liet een paai zich hooren,
'k Meende schier van lach te smoren;

Maar verduld! 't was goed gezeid: } tweem.

Naâ is toch een lieve meid. } tweem.

[p. 74]

 

Koopt morellen, kanteloepen!

 

Alles puik! wie laat het snoepen;

 

Ja zoo malsch, zoo schoon, zoo frisch, } tweem.

 

Blinkt geen fruit op 's Konings disch. } tweem.

 

 

 

Daaglijks moet ik dus gaan draven,

 

Met mijn manden zwoegen, slaven,

 

Om een klein en rein gewin } tweem.

 

Voor mijn talrijk huisgezin. } tweem.

 

 

 

Doch mijn moed zal niet verslappen:

 

Klaas helpt ook met schoenen lappen.

 

Zoo vergaârt zich onder 't leed } tweem.

 

't Loon van beider eerlijk zweet. } tweem.

 

 

 

Maar des avonds, als wij rusten,

 

Haalt ook niets bij onze lusten,

 

Zitten wij bij 't sober maal } tweem.

 

Zonder wroeging, zonder kwaal. } tweem.