[Nummer 2]
Ten geleide
1296-1996: dit jaar is het zevenhonderd jaar geleden dat graaf Floris v werd vermoord. Neerlandici schrijven niet over Floris v in het algemeen maar wel over de literatuur die aan zijn hof en in zijn omgeving functioneerde. Het jaar 1996 lijkt voor de medioneerlnadistiek dan ook veeleer het jaar te worden van de Vlaamse dichter Jacob van Maerlant.
Wat Maerlant en Floris v voor elkaar hebben betekend, kan thans uitgebreid worden nagelezen in Frits van Oostroms boek Maerlants wereld, dat niet geschreven is voor vakgenoten alleen, maar ook voor een breder publiek van geïnteresseerden. Met de toekenning van de ako Literatuurprijs heeft Maerlants wereld thans de wind in de zeilen. Als dit nummer van Queeste verschijnt, is in Den Haag in het Museum van het Boek/Meermanno Westreenianum, voor het eerst in de geschiedenis, een tentoonstelling van zo'n zestig Maerlant-handschriften te bezichtigen (‘Jacob van Maerlant (ca. 1230-1296). De middeleeuwse wereld op schrift’). Deze tentoonstelling - die wordt begeleid door een kleurige brochure en een videoprogramma - zal in 1997, in gewijzigde vorm, ook Damme aandoen. Voorts waren er de proefschriften van dr. J.A.A.M. Biemans (1995) en mw. dr. P. Berendrecht (1996) en zijn er Maerlant-dissertaties van M. Andringa, M. Banda, K. van Dalen-Oskam, R. Harper, M.L. Meuwese, M. van der Voort en J.P. Westgeest in voorbereiding. Ook wordt er door I. Biesheuvel gewerkt aan een bloemlezing uit alle werken van Maerlant; en prof. dr. J.D. Janssens en M.L. Meuwese bereiden een boek voor over Spiegel historiael-miniaturen.
De redactie van Queeste wil met dit themanummer rond de werken van Jacob van Maerlant een bijdrage leveren aan de voortgang en verlevendiging van de wetenschappelijke discussie. Aan diverse specialisten is gevraagd hun licht te laten schijnen over een werk van Maerlant. In de rubriek ‘Naar aanleiding van...’ is ook een recensie van Maerlants wereld opgenomen.
Graag maken we nogmaals van de gelegenheid gebruik om onze erkentelijkheid uit te spreken aan het adres van de Van Bijleveltstichting (Utrecht) voor haar financiële steun, die mede tot de huidige bloei van Queeste heeft geleid. Ook past een woord van dank aan Uitgeverij Verloren, die Maerlant de ruimte heeft willen geven die hij verdient.
De redactie