Het Oranje vreugde-maal
(1747)–Anoniem Oranje vreugde-maal, Het– Auteursrechtvrijopgedischt in de gaare-keuken van de Gekroonde B. Ter gelegenheyd van de Verheffing van zijne Hoogheid
[pagina 46]
| |
Stem: Wilhelmus van Nassouwen.BRave Prins van Oranje,
Geteeld uyt Nassaus Bloed,
Vermaagtschapt aan Brittanje,
Waagt gy nu Lijf en Goed,
Voor Kerk en Staat te strijden
Zijt gy nu Held van zins;
Wilhelmus wilt bevryden,
Vivat! lang leef de Prins.
Heb dank, ô Heeren Staten!
Die thans de Oranje Held,
Ten vreugd van de Onderzaten,
Tot ’s Lands Stadhouder steld;
Nu staan de looze Franssen,
Te keyken hier en gins,
Om ’t Land weer uyt te danssen
Vivat! Vivat de Prins.
Godt liet ons niet bezwijken,
In dezen hoogen nood,
| |
[pagina 47]
| |
Laat ons van hem niet wijken,
Loof, Loof hem Kleyn en Groot!
Wil nu Victory Branden,
Gelijk men is van zins,
ô Burgers onzer Landen,
Vivat! Lang leef de Prins.
Nu zullen de Soldaten,
Van ons Gemeene best,
Met Bommen en Granaten,
Hem jagen na zijn Nest,
Die ons wou Overheeren,
Hy keykt al hier en gins,
Wy zullen Triumpheren,
Vivat! Vivat! de Prins.
De Vlooten van Brittanje,
Zijn overal in Zee,
De Vlaggen van Oranje,
En Wapens zijn alree;
Hoor Pauken en Trompetten,
Reets Speelen hier en gins,
Wie zal de vreugd beletten?
Vivat! Lang leef de Prins.
De Leeuw schrikt voor het krayen,
Des Franschen Haan niet meer,
De Oranje Vaendels wayen
Nu tot Prins Willems Eer;
Men Zweerd hem Hulde en Trouwe,
En zingt vast hier en gins
Wilhelmus van Nassouwe,
Vivat! Vivat! de Prins.
Van Hof en Torentranssen,
Wayt nu de Oranje-Vlag,
Tot bittre spijt der Franssen,
ô Aangenamen Dag!
| |
[pagina 48]
| |
Godt Zegen de Edle Mannen,
Die rustig zijn van zins,
Te Vegten met Tyrannen,
Vivat! Lang leef de Prins
Men ziet Prins Wilhem heden,
Van Groot en Kleyn begroet,
Door Neerlands blyde Steden,
Dat elk nu Goed en Bloed
Voor Kerk en Vryheyd wagen,
Gelijk hy is van zins,
Elk roept met ’s Gravenhage,
Vivat! Vivat! de Prins.
Speeld Klokken en Kartouwen,
Dat elk Victory Brand
Wilhelmus van Nassouwen,
Stadhouder van het Land,
Word door de Burgerheeren
Bevestigt, allezins,
Wy zien hem Triumpheren!
Godts Zegen volg’ den Prins.
|
|