Beeldende kunst
Piet Killaars beelden
Termen als kiem, voortgaande beweging en levenskracht zijn sleutelwoorden in het oeuvre van de Limburgse beeldhouwer Piet Killaars. De titels van zijn beeldhouwwerken zijn wat dit betreft eenduidig. Zijn werken heten Golfslag, Vrucht vermenigvuldiging, Beweging, Stroming, Vlucht, Doorgang, Koraal, Spiraal of Vrucht- en Zaadvormen. Zelfs op het eerste gezicht neutrale titels als Vijf verticale elementen en Cirkel wijzen in een bepaalde richting; in dit geval een beweging omhoog of in het rond. En ook een introvert en stil werk als Echo fungeert denkbeeldig als voortzetting van een klank of concept.
Ter gelegenheid van de vijfenzeventigste verjaardag van de beeldhouwer verscheen het boek Piet Killaars beelden. Als motto van het goed gedocumenteerde en mooi uitgevoerde boekwerk, waarin het complete oeuvre van de kunstenaar staat afgebeeld, is gekozen voor een citaat van Pierre Teilhard de Chardin uit Het verschijnsel mens (1947): ‘Naarmate de wetenschap verder doordringt in de ontwikkelingsgang van de mensheid komt vast te staan dat ook de mens, als soort, onderworpen is aan dezelfde wetten, die gelden voor elke knop aan de boom van het leven’. Het citaat sluit nauw aan bij de intentie van Killaars om, zoals Lambert Tegenbosch het verwoordt, ‘verbeeldend te speculeren hoe de code van groeien en leven werkzaam is in de natuur’.
In het essay ‘Het beeld en de wereld’ gaat Tegenbosch uitgebreid in op deze thematiek. Hij omschrijft het werk van Killaars als ‘figuratieve geometrie’. De beeldhouwer is gefascineerd door de veronderstelling dat er achter de organische verschijningsvormen bepaalde wetmatigheden schuilgaan, inherent aan alle leven in de natuur. Dat idee is onder meer terug te voeren op de waarneembare regelmaat in de bouw van koralen en schelpen, struiken en bomen, bloemen en zaden, het aangewaaide zand op het strand en de rimpelingen van het water. Dergelijke telkens terugkerende patronen in groeien bewegingsprocessen vormen een bron van inspiratie voor het abstracte werk van de beeldhouwer. Terecht geeft Tegenbosch aan dat Piet Killaars daarbij niet slechts analyseert, maar vooral mediteert over de aard van het leven. In motieven als Poort, Boot, Vrucht, Cirkel, Gras, Kiem, Golf klinkt een bezinning door over levensbegrippen als ontstaan, worden, overgang, vervlieten. ‘Het is een geest van verwonderde en bewonderde eerbied waarmee Piet Killaars de natuur beschouwt,’ aldus Tegenbosch, die concludeert dat de kunstenaar in zijn vrome aandacht voor de natuur ‘de religieuze houding nabij komt’.
Jan Reijs geeft in zijn bijdrage over het leven en werk van Killaars aan dat het, gezien de bezonnen aard van zijn werk, niet verwonderlijk was dat de kunstenaar in 1989 werd benaderd voor het ontwerp van een deurportaal van de St. Servaasbasiliek in Maastricht. Op de bronzen toegangsdeuren van de pelgrimskerk heeft Killaars in reliëf de menselijke levensweg verbeeld, die ontspringt vanuit het water. In de cirkelvormige deurkrukken is het motief van twee vissen verwerkt, als verwijzing naar de gedoopten.
Uit het oeuvre-overzicht blijkt dat Killaars zich reeds vroeg in zijn carrière interesseerde voor de religieuze context van de beeldhouwkunst. Door zijn contact met Henri Krey-
Piet Killaars, ‘Stroming’, 1983, brons (voetstuk graniet), 300 × 200 × 70 cm. © Sabam Belgium 1998.