Nieuwe geestelycke liedekens, tot godtvruchtig gebruyck der jonckheydt in den catechismus(1740)–Anoniem Nieuwe geestelycke liedekens, tot godtvruchtig gebruyck der jonckheydt in den catechismus– Auteursrechtvrij Vorige Volgende 36. Liedeken. Magdalena voor de voeten van den Saelighmaeker. Stemme: Echo hoort myn droeve klachten. 1.[regelnummer] MY worp' ick voor uwe voeten, Jesu, met oprecht berouw: k'Heb gesocht, om u t'ontmoeten, Tot dat ick u vinden souw: Gy laet in dit huys u vinden, Jesu, tot myn groodt geluck; Ick wil my aen u hier binden, Om verlost te syn van druck. 2.[regelnummer] Met de traenen van myn oogen Wasch' ick, Heere, uwen voet: Met myn hayr sal ick die droogen, Ende kussen met ootmoet: Ick sal die met salve strycken, Die ick stort' in overvloedt, Op dat magh myn liefde blycken, Die tot u kryght myn gemoedt. 3.[regelnummer] Om dat gy syt mynen Heere, Die ick, harter als een steen, [pagina 59] [p. 59] Heb' vergramt soo menigh keeren, Voor u stort' ick myn geween. Ah! vergeeft my al myn sonden, Geeft genae, myn Godt van al. Aen u blyf ick vast-gebonden, Tot dat ick t'verkrygen sal. 4.[regelnummer] Ah! wat hoor ick, heel onweerdigh, Gy geeft my bermhertigheydt: Hoe thoont gy u doch soo veerdigh, My te geven saeligheydt? Loopt, myn traenen, met heel beken, Soo lanck, als ick asem schep; En versoent, met af-te-leken, Die ick nu voor Bruygom heb'. Vorige Volgende