Een nieuw lied op de gevangen deserteur
(1798)–Anoniem Nieuw lied op de gevangen deserteur, Een– Auteursrechtvrij
[pagina 2]
| |
Wys: Laat vry de Politieke spreeken.1
Kom u mijn droevig noodlot klagen
U die mijn hart in ziel doorboord,
'k Kom u mijn hart en hand opdragen
Een hart dat u alleen behoort,
Ach liefde maakt haar hart gezind,
Voor mijn die haar oprecht bemind.
2
Laat ik u hart dan eens verwinne,
Uit achting veer de menschelijk,
Is dan dat hart voor mijn te winnen,
Voor mijn die u zijn liefde weijt,
Ach geeft mij dan dat freertrljk woord
Dat gij mijn smeekens hebt gehoord.
3
Wilt gij u hand aan mijn dan schenken
Dan heb ik zorg nog verdriet,
Niets kan ons gelukstaat krenken,
want hij die alles hoort en ziet,
Heeft reeds voor lang ons lot bepaald
Ach dat mijn zegen ons bestraald.
4
wij zijn dog voor elkaar geschaapen,
De deugt heeft onze zin verzagt,
Hij zal ons niets dan vreugd doen smaaken,
Als hij het voor ons heilzaam acht
welk een vreugt en zaligheid.
Is nu over ons verspreid.
EYNDE. |
|