Tijdschriftenschouw
Holland in Amerika
IN MORKS MAGAZIJN vertelt H.G. Cannegieter van een onderhoud, dat hij met prof. dr. A.J. Barnouw had. Deze naar Amerika geëmigreerde oud-leeraar aan het Haagsche gymnasium werd lector aan de Columbia University. Over de Hollandsche pers en de Hollandsche kunst in Amerika deelde prof. Barnouw aan zijn interviewer het volgende mee:
Er worden in Amerika verschillende kranten in 't Nederlandsch geschreven.
Maar deze vertegenwoordigen niet de minste cultuurwaarde; 't journalistieke gehalte is niet hoog. 't Meest interessante is 't persoonlijke nieuws, dat den buitenstaander wel bizonder onbenullig aandoet. En wat voor Hollandsch schrijven die aan hun taal gehechte Nederlanders dan nog! In elk nummer leest men mededeelingen als deze: ‘De heeren Die en Die zijn de gasten van ... Ze kwamen in hun auto overgedreven van Daar en Daar.’
Eigenaardig zijn ook de advertenties: Te koop: een heerenhuis met Kitchen, bath, electricity. De Hollandsche woorden voor de huishoudelijke zaken kennen deze Hollanders blijkbaar niet meer.
‘Van meer belang dan deze producten acht ik,’ vervolgde professor Barnouw, ‘de in Amerika vertaalde werken van Nederlandsche dichters en schrijvers. Veel zijn er wel niet: De gelukkige familie van Robbers, Orpheus in de dessa van Augusta de Wit, en dan van Van Ammers-Küller: De Opstandigen (The rebel Generation). De brieven van Kartini (Letters of a Javanese Princess) zijn uitverkocht.
Kort geleden heeft een Amerikaansche uitgever nog een nieuwe vertaling van de Max Havelaar ondernomen. Dan is Pallieter door Harper uitgegeven, vertaald door een Engelsche, Mevrouw Bodde.
Echter blijft Louis Couperus de eenige Nederlandsche auteur, die in Amerika veel gelezen wordt en zelfs deze is geen “best seller”.
De meeste naam heeft Nederland in Amerika gemaakt door onze musici Mengelberg en Willem van Hoogstraten.’
‘En de Nederlandsche schilders?’ vroeg ik.
‘De tegenwoordige Nederlandsche schilders kent men niet. Alleen een bekend portretschilder, Hubert Vos te New York en Herman Rosse, decoratieschilder, speciaal voor tooneel en illustrator van boeken.’
Dit laatste bracht ons gesprek op het tooneel. Professor Barnouw heeft zelf namelijk van Fabricius vier tooneelstukken vertaald: Dolle Hans, Demon, Lasmi en Onder één dak.
‘'t Is echter niet mogelijk die stukken geplaatst te krijgen,’ bekende hij. ‘Alleen Lasmi is opgevoerd door een groep dilettanten in Californië.
Slechts Heyermans' Op Hoop van Zegen is te New York een succes geweest; het is vertoond in het Repertory-theatre van Eve La Galliene. Ook Eva Bonheur is in Amerika vertoond onder den titel: The devil to pay. Maar het succes hiervan was gering.’