Het Evangelische visnet, bevattende sommige veranderde liedjes uit het zelve, andere uit de Evangelische triumph-wagen, Zingende zwaan, en anderen
(1794)–Anoniem Evangelische visnet, : bevattende sommige veranderde liedjes uit het zelve, andere uit de Evangelische Triumph-wagen, Zingende zwaan, en anderen, Het– Auteursrechtvrij
Stem: {Die mind lyd veel pyn.
| |
[pagina 289]
| |
De wereld gantsch verlaat,
En uw zuiverheid bewaart.
Aan u heeft God, gegeven 't hoogste Lot,
't Welk hy hier geven kan
Op deze aard, aan vrouw of man.
2. Zo heeft dien staat bemind
Gods Zoon, dat hij een Maagd
Genomen tot zijn Moeder heeft;
Des moet die zyn verblind
Wien deze staat mishaagd,
Die aan deze niet geeft.
Ia, 't welk is meer, zo heeft ook zelfs ons Heer
Geleeft in zuiverheid,
Wie heeft daar tegen ooit gezeid.
3. Maria heeft begeert
Gods Moeder niet te zijn,
Dan 't en waar dien staat zy hiel.
Den Heer heeft nu vereert
Met dezen staat ook dyn
Tot cieraad van uwe ziel:
Beleefd dien wel, gy zult ontgaan de Hel,
Gy volgen zult het Lam,
't Welk eertijds uit den Hemel kwam.
4. Gy zingen zulk een lied,
't Welk niemand zingen kan
Van die zijn geweest getrouwd:
Daarom hebt geen verdriet
Al leeft gy zonder man,
Waar de wereld veel van houd.
Uw' Bruidegom, (die 't niet en vat is dom)
| |
[pagina 290]
| |
Wil die te boven gaat,
Die leven in den Egten staat.
5. Hy u vertroosten zal
In uwe zwarigheid
Hij zal u van die ontslaan,
Die op dees Werelds dal
Den duyvel u bereid,
Die kwa menschen u doen aan.
Des houd te vrind, die u zo is gezind,
Die uwe tegenspoed
Zo wonderlijk met troost verzoet.
6. Gy worden zult gesteld
Op een byzond'ren Throon,
Hoger als die hebben Mans.
In 't schoone Hemels veld,
Zult hebben gy tot loon
d'Alderschoonste Maagden krans;
Wie alleen heeft, die zuiver heeft geleeft,
Die heeft getemt zyn vleesch;
Na dezes Staats opregten eisch.
7. In alles ook volbrengt
De wille van die geen,
Wien tot Vader gij verkiest:
Wee u! is dat gij denkt
Zijn Wetten t'overtreen!
Maakt, zyn gunst gy niet verliest.
Gehoorzaam zijt, zo zult gij zyn verblyd,
En vrolijk van gemoed;
Daarom uw 's Vaders wille doet.
8. Tot stryd uw' ziel bereid,
Gy zult niet raken vry
Van gelaster, haat of nyd.
| |
[pagina 291]
| |
Dit heeft God u voorzeid,
Wie gij moet dienen blij,
Makende uw' zonden kwyd:
Zy staag verheugd // Vervordert u in deugd,
Zo zult gy bij den Heer
Gestadig zijn in groote eer.
|
|