Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 133(1988)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 726] [p. 726] Bert Bevers Het geluk bij het handenwassen vijf scènes, geschreven bij het bekijken van de in 1982 door Werner Masten geregisseerde film ‘Das Glueck beim Haendewaschen’ Ich kreise um Gott, um den uralten Turm, und ich kreise jahrtausendelang; und Ich weiss noch nicht: bin ich ein Falke, ein Sturm oder ein grosser Gesang. Rainer Maria Rilke I (eerste scène) hij spreekt vermanend toe. jij leest wat niet gelezen worden mag. jij geeft het slechte voorbeeld terwijl god je zoveel talenten schonk en ook de rector zelf zag veel in je. hij hoopt dat ooit je nog de juiste weg zult weten vinden en geeft je boek niet wederom [pagina 727] [p. 727] II (tweede scène) de koffer wordt gepakt. met in de rug een crucifix de school uit en de sneeuw in. op weg naar eeuwig heimwee. nooit meer zullen de bomen lijken op dit moment en altijd zul je dat wensen. je duwt een lege sloep af. III (derde scène) de stationshal blijft leeg. welke kant is thuis op? naar alle richtingen laat je treinen vertrekken en in de herberg tegenover drinkt een oudere jongen bier. hij rookt, een cigaret. hij weet een kamer. jij zoekt een baan [pagina 728] [p. 728] IV (vierde scène) koeien ontbenen en aan haken koelcellen intrekken is werk. het bloed dient van de muren af een gootje ingespoeld, het mes geslepen. slachten is zo slecht nog niet. 't gebeurt zelfs dat je lacht en geen kruisbeeld wordt gemist tot in de slaap V (vijfde scène) je vraagt je af hoe lang de eenzaamheid jou deze keer verdraagt. je voelt je als een welp dat de warme tepel mist wanneer de moeder jaagt [pagina 729] [p. 729] Vorige Volgende