Custodiaal geheimschrift
Piet Verkruijsse
Wie regelmatig in oud drukwerk bladert, verbaast zich vaak over de afwijkingen die de custoden vertonen, de woorden of gedeelten van woorden in het staartwit van een pagina die vooruitwijzen naar het eerste woord op de volgende pagina. Over de functie van deze ‘bladwachters’, zoals ze ook genoemd worden, verschillen de meningen.Ga naar eind1 Volgens sommige boekhistorici dienen ze als hulp bij het opmaken van de drukvorm, een argument dat eenvoudig weerlegd kan worden door erop te wijzen dat in een drukvorm (binnen- of buitenvorm) niet alle pagina's numeriek elkaar opvolgen. Zo bevinden zich in de buitenvorm van een boek in kwarto de pagina's 1, 4, 5 en 8, zodat het aansluiten van een custode bij het eerste woord van de volgende bladzijde alleen zou gelden voor pagina 4 en 5. Een tweede tegenargument kan zijn dat in Frans drukwerk uit de custodeperiode zelden of nooit custoden voorkomen. Een derde tegenargument is dat er inderdaad nogal wat fouten gemaakt worden door de zetter, hetgeen weer verklaard kan worden uit het feit dat hij na het zetten van de custode zijn zetwerk moet onderbreken voor het opbinden van de voltooide pagina. Als hij zijn werk hervat, is hij dan vaak vergeten wat de precieze vorm van de custode was: het volledige eerste woord van de volgende pagina of slechts één of twee lettergrepen. Soms ook blijkt bij het opmaken van de pagina dat de zetter een regel te veel gezet heeft, die hij vervolgens overbrengt naar de volgende
bladzijde, echter zonder de custode te veranderen.
Deze slordigheid van de zetters zou een achterdochtig onderzoeker op het idee kunnen brengen dat er meer aan de hand is dan louter onachtzaamheid en onoplettendheid. Christian Wagenknecht en Ernst Peter Wieckenberg hebben zich over dit probleem gebogen en van hun voorlopige bevindingen verslag gedaan in het Festschrift voor Albrecht Schöne dat als speciaal nummer van het Deutsche Vierteljahrsschrift für Literaturwissenschaft und Geistesgeschichte in 1976 is verschenen.Ga naar eind2 Uit de titel van hun artikel, ‘Die Geheimsprache der Kustoden’, blijkt wel dat ze tot opzienbarende conclusies zijn gekomen. Zetters misbruikten de custoden om geheime boodschappen te verspreiden: als je in sommige boeken custoden (die dus vaak niet in orde zijn omdat ze niet aansluiten bij de volgende pagina) achter elkaar doorleest, ontstaan er mededelingen van diverse aard. De auteurs van het artikel maken een indeling in drieën: kritische, allegorisch-geestelijke en emblematische custodiek. Zo signaleren ze bijvoorbeeld een protest van een protestantse zetter tegen een katholieke auteur op drie opeenvolgende pagina's: ‘nomen - est - Omen’, waarbij ‘Omen’ dan weer een foute custode is voor ‘Amen’. In een erotische gedichtenbundel komen op diverse plaatsen de kritische opmerkingen van de zetter: ‘Wie - so - Liebe’ en ‘Stirb - Doch - Drum’.
Het artikel van Wagenknecht en Wieckenberg ziet er doorwrocht uit, compleet met noten en literatuur, maar het is compleet fake-wetenschap, een genre dat het in Duitsland overigens