De duce: Hoeveel leden telt Uw bedevaart?
De 60-jarige: Zóóveel, dat we erwten tekort kwamen om in de schoenen der pelgrims te doen.
De duce: Betrok U deze erwten bij een katholieke firma?
De 60-jarige: Ja, hoewel tegenstanders van het cadeaustelsel, hebben wij weten te profiteeren van een cacao-week bij de Gruyter.
De duce: Welke Nederlandsche bisschoppen nemen aan de bedevaart deel?
De 60-jarige: Ongeveer dezelfde, die, op instigatie van onzen vriend Phons, hun biljetten bestelden in de koffiekamer van ‘Tivoli’ te Utrecht.
De duce: Hoe is de positie van de katholieken in Nederland?
De 60-jarige: Niettegenstaande de a.s. verkiezingen, een zéér ordelijke en rustige. Niemand denkt er aan daarin verandering te brengen. Trouwens, ik ben er óók nog. (Hij glimlacht nederig en morrelt wat naïf aan het roode halsbandje. Stilte. Daarna:) En de katholieken in Nederland maken gróóte vorderingen. Ik zou U aanraden in de Cinema Romana eens te gaan zien naar een film van den bekenden Rotterdamschen cineast Poepjes. Het is géén politieke film, maar als nu ook nog de Coa ...
De duce (afwerend, driftig): U hebt maar tien minuten. Zeg me echter: wat voor indruk maakt Italië in Nederland?
De 60-jarige (min of meer in 't nauw): We hebben bij ons enkele fascisten ... bij mij kwamen ze echter nog nooit dineeren ... en toch, Uw portret hangt boven mijn bed ... maar de algemeene indruk is voortreffelijk. Italië is een gróót land, U bent een gróót man ... komt U eens bij me terùg?
De duce (kort): Spaghetti?
De 60-jarige (begrijpend): Spaghetti.
De duce (geheel uit eigen beweging): Het is goed voor Italië dat ik er ben.
De 60-jarige: Het is goed voor Nederland, dat ik...
De duce (ziet op zijn Romeinsche hangklok): Nog iets?
De 60-jarige: Wenscht U nog lang te blijven?
De duce (zalvend): Ik ben van goeden wil, maar hoe lang ik blijven zal, hangt van God af. Ze zingen tesamen ‘Roomschen dat zijn wij’.
Een lakei zegt: ‘De auto staat voor.’
13.